Bewegen met aandacht
  • Home
  • Aandacht
  • Yoga
  • Dans
  • Over Anna
  • Blog

Echte yoga (in een sportschool)

16/4/2017

 
Foto
Yoga is overal. Bij koffieochtenden in het buurthuis, in de lunchpauze op kantoor, tussen de boksballen op de sportschool, tijdens de strandvakantie, overal wordt yoga aangeboden. Is dit wel allemaal ‘echte’ yoga?

Enkele jaren geleden deed ik een bijscholing ‘Yogales geven aan beginners’ waar de docente de bijeenkomst begon met de stelling dat wij als yogadocenten verantwoordelijk waren voor het geven van échte yoga en dat yoga in een sportschool nooit echte yoga kon zijn. Destijds verbaasde deze stelling me en ik voelde me er ook ongemakkelijk bij. Waarom zou yoga in een sportschool geen echte yoga kunnen zijn? Is de plaats waar yoga wordt beoefend bepalend voor de kwaliteit? Mag yoga alleen maar yoga heten als het gebeurt in een yogastudio? Hoe zit het dan met yoga op het strand, in een school, op kantoor, in het buurthuis? Is dat allemaal geen echte yoga?

Ik geef zelf al jaren yogales in een sportschool. Ik geef ook les in yogastudio’s, klein en groot, en op allerlei andere plekken. Mijn lessen in de sportschool beschouw ik niet als een opstapje naar een andere, betere leslocatie. Integendeel, ik waardeer de laagdrempeligheid van mijn lessen in de sportschool en de mogelijkheid die ik daar heb om aan een zeer gevarieerde groep mensen les te geven. Vaak komen er mensen binnen die zichzelf te stijf of te oud voor yoga vinden, mensen die twijfelen of yoga wel iets voor hen is. Binnen de vertrouwde omgeving van een sportschool gaan ze het toch een keer proberen en als het bevalt blijven ze komen. Overigens heb ik zeker niet alleen beginners in mijn lessen; sommige deelnemers doen al jaren yoga, vaak meerdere keren per week.

Een sportschool is een plaats waar mensen met hun lichamelijke conditie bezig zijn, om sterker te worden, te revalideren of gewicht te verliezen. Bij yoga wordt juist vaak benadrukt dat het niet alleen gaat om lichaamsoefeningen. Is dit de reden dat ‘yoga in een sportschool’ in yogakringen vaak een negatieve betekenis heeft? Maar wat is echte yoga eigenlijk? Beginnen we dan altijd met het zingen van ohm en enkele chants? Moeten we in iedere les pranayama en meditatie doen? Is aandacht voor de chakras of het achtvoudige pad van Patanjali wekelijks verplicht? Op al deze aspecten zijn, ook binnen de yogawereld zelf, de verschillen groot.

Onder yogadocenten is het denigrerend spreken over andere soorten yoga helaas niet nieuw. Aan het eind van de negentiende eeuw wees Swami Vivekananda, tegenwoordig door velen beschouwd als een yogavoorvader, de hatha yoga zeer beslist af, omdat deze in zijn ogen alleen lichamelijke oefeningen inhield. In de jaren dertig van de twintigste eeuw liet Swami Kuvalayanda zich uitgesproken negatief uit over het werk van Krishnamacharya, die algemeen wordt beschouwd als de grondlegger van de hedendaagse yoga, vanwege het, in Kuvalayanda’s ogen, te fysieke karakter ervan. Enkele decennia later verbood Mr. B.K.S. Iyengar zijn studenten om lessen te volgen bij collega en tijdgenoot Patthabi Jois, omdat, zo zei hij, diens yoga ‘alleen maar lichamelijk’ was. Daarbij leek Iyengar te zijn vergeten dat zijn eigen yogahoudingen opvallende overeenkomsten vertonen met de oefeningen die de Deense gymnast Niels Bukh in de jaren twintig had ontwikkeld. De negatieve waardering van ‘yoga in een sportschool’ lijkt een lange geschiedenis te hebben waar ook de grondleggers aan bijdroegen. Laten we dit aspect van de traditie echter niet voortzetten en erkennen dat échte yoga verschillende vormen aan kan nemen en zo aan verschillende mensen een plek kan bieden.

Moet een yogadocent corrigeren tijdens de les?

19/12/2016

 
Foto
Moet een yogadocent corrigeren tijdens de les? Deze vraag werd gesteld in de najaarseditie van de Yoganieuwsbrief van de Vereniging Yogadocenten Nederland.  Een geweldige vraag die mij direct naar de kern van mijn rol als yogadocent bracht Wat wil ik dat de deelnemers van mijn lessen meenemen in hun yogabeoefening en hun dagelijks leven? Mijn meest eenvoudige antwoord: dat je mag zijn wie je bent. Dat heeft consequenties voor mijn mening over corrigeren tijdens een yogales, want bij corrigeren in de betekenis van aanwijzen waar een voet of arm moet worden geplaatst en hoever een rug of een been dient te worden gestrekt liggen prestatiegerichtheid en competitie op de loer. Men heeft dan al gauw het gevoel dat men iets niet goed doet.

Mijn moreel-emotionele overweging om niet te corrigeren tijdens het lesgeven heeft ook een hele duidelijke fysiek-theoretische onderbouwing. Sinds ik in 2010 kennismaakte met de functionele benadering van yoga bij Paul Grilley ben ik er steeds meer van overtuigd geraakt dat aan corrigeren tijdens het lesgeven serieuze bezwaren kleven. Grilley formuleert de functionele benadering van yoga als een alternatief voor de, wat hij noemt, esthetische benadering die in onze tijd de overhand heeft gekregen. Bij de esthetische benadering van yoga ligt veel nadruk op de manier waarop een yogahouding eruit ziet. Het gaat daarbij niet om esthetiek in de betekenis van schoonheid, maar als aanduiding voor een benadering van yoga waarin de precieze plaatsing van handen, voeten, armen en benen ten opzichte van elkaar en ten opzichte van de romp veel aandacht krijgt. Iedereen kent bijvoorbeeld wel de aanwijzingen voor het iets naar buiten draaien van de achterste voet bij Virabhadrasana II, het neerzetten van de handen op schouderbreedte bij Adho Mukha Svanasana en het plaatsen van de knieën tegen elkaar aan in Virasana. Nu er tegenwoordig veelal in grote groepen wordt lesgegeven kan het voor een docent handig zijn aan de hand van een serie korte aanwijzingen veel mensen tegelijk ‘in een yogahouding te praten’. Vaak worden deze aanwijzingen uitgelegd als de meest veilige manier om een houding uit te voeren. Maar wie zich verdiept in de verschillen die er tussen individuele lichamen bestaan gaat vanzelf vraagtekens plaatsen bij dit idee van veiligheid. Niet alleen is er een enorme variatie in lichaamsomvang, -lengte, -flexibiliteit en -kracht, ook zijn er grote verschillen in onze skeletten. De lengte en vorm van onze botten variëren en dit heeft directe gevolgen voor de manier waarop wij yogahoudingen kunnen uitvoeren. De aanwijzing dat bij Adho Mukha Svanasana de handen op schouderbreedte moeten worden geplaatst is bijvoorbeeld helemaal niet veilig voor mensen die in deze houding compressie van het bovenarmbot en het dakje van het schouderblad ervaren. Integendeel, zij lopen het risico op deze plek een slijmbeursontsteking te ontwikkelen.

Individuele verschillen tussen mensen bepalen wat de meest veilige en effectieve manier is om een houding uit te voeren. Puur door te kijken kun je als docent niet echt weten wat iemand in een yogahouding precies voelt en of hij of zij de houding veilig uitvoert; daarvoor moet je met elkaar in gesprek gaan. Bij individuele lessen of in een kleine groep met deelnemers die je kent kan dat, maar als die gelegenheid er niet is kun je beter terughoudend zijn met je correcties. Iedereen is anders.

India's cadeau aan de wereld

28/1/2016

 
Foto
Op 21 juni 2015 kwamen op initiatief van de Indiase premier Narendra Modi bijna zesendertigduizend mensen in New Delhi bij elkaar voor de grootste yogales ooit. Overal ter wereld vierden enthousiaste yogabeoefenaren de eerste officiële Internationale Yoga Dag, maar nergens was het aantal deelnemers aan een les zo groot als in New Delhi, dat daarmee een wereldrecord vestigde. De Verenigde Naties hadden ruim een half jaar eerder ingestemd met het instellen van een Internationale Yoga Dag, nadat Modi in september 2014 voor de Algemene Vergadering een warm pleidooi had gehouden voor de erkenning van yoga als nationaal erfgoed. In zijn speech beschreef hij yoga als een vijfduizend jaar oude praktijk, die leidt tot ‘eenheid en harmonie tussen jezelf, de gemeenschap en de natuur’. Yoga, zo zei Modi is ‘India’s cadeau aan de wereld.

Yoga is een breed begrip, dat niet alleen verwijst naar de typerende yogahoudingen, maar ook naar onder meer meditatietechnieken, ademhalingsoefeningen en een filosofische traditie die inderdaad eeuwen teruggaat. Premier Modi riep echter niet op tot een gezamenlijke meditatie of een filosofische gesprek. De grootste yogales ter gelegenheid van de eerste officiële Internationale Yoga Dag in New Delhi bestond uit een serie lichamelijke oefeningen en daarmee liet Modi zien dat hij deze vorm van yoga beschouwt als een centraal en aansprekend deel van de yogatraditie. Het beeld van India als een land waar men met behulp van eeuwenoude praktijken de weg vindt naar ‘eenheid en harmonie tussen jezelf, de gemeenschap en de natuur’ gaat terug op een negentiende-eeuws Oriëntalistisch discours waarin Oosterse spiritualiteit en wijsheid als oplossing wordt beschouwd voor de problemen die zijn ontstaan als gevolg van Westers materialisme en rationaliteit. Daarmee plaatst Modi zich in nog een tweede traditie, namelijk die waarin al sinds de koloniale tijd Indiase nationalistische bewegingen zich creatief toonden in het adopteren van dit discours om het voor hun eigen doelen in te zetten. Tegenwoordig neemt die creatieve adoptie vooral commerciële vormen aan, zoals te zien is in de Indiase toeristenindustrie die India aanprijst als de meest spirituele bestemming ter wereld waar bezoekers worden verwelkomd ‘in search of peace, contentment and happiness’. Wat betreft yoga staan Modi en de Indiase nationalisten echter niet alleen; het beeld wordt wereldwijd breed gedeeld. Overal spreken yogaleraren, onafhankelijk van de stijl waarin zij lesgeven, over de Indiase oorsprong en de lange traditie. Meestal gebeurt dit in teksten op hun website waar zij aan potentiële klanten uitleggen wat yoga is, en vaak ook tijdens een les, in losse opmerkingen tussen de aanwijzingen voor de yogahoudingen door. De suggestie van een lange geschiedenis en Indiase wortels wordt ondersteund door de gewoonte om houdingen die men tijdens de yogabeoefening aanneemt aan te duiden in het Sanskriet, een dode taal uit het gebied dat nu India heet. In een hedendaagse vorm van Oriëntalisme bepleiten ook zij het inzetten van een eeuwenoude Indiase traditie bij de aanpak van moderne, typisch Westerse problemen, zoals consumptiedwang, vervreemding, depressiviteit en stress.

Recent antropologisch en historisch onderzoek plaatst echter grote vraagtekens bij deze presentatie. De term yoga wordt weliswaar al gebruikt in zeer oude Indiase teksten, maar yoga in de vorm zoals wij die kennen, als een serie lichaamshoudingen en –oefeningen, heeft een veel kortere ontstaansgeschiedenis dan algemeen wordt aangenomen. De op houdingen gebaseerde yoga blijkt te zijn ontwikkeld in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw. Bovendien vertonen de typische yogahoudingen meer verwantschap met Scandinavische gymnastiek en Amerikaanse stretchoefeningen dan met klassieke Indiase lichaamspraktijken. Ik kan me goed voorstellen dat een Hindoe-nationalistische politicus als Narendra Modi graag vasthoudt aan een beeld van yoga als eeuwenoude Indiase erfenis. Maar hoe valt het te begrijpen dat hedendaagse niet-Indiase yogadocenten wereldwijd daarin meegaan?   Meer lezen?.................. ga naar mijn artikel in Sociologie (2015)

Verander de wereld

21/5/2015

 
Foto

Changing the world, one Savasana at a time

Ik las bovenstaande tekst voor het eerst tijdens de docentopleiding die ik een aantal jaar geleden volgde bij de Amerikaanse yogadocent Judith Lasater, een bekende naam in yogakringen. Lasater leidt al sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw yogadocenten op, was oprichter van het bekende tijdschrift Yoga Journal en publiceerde een groot aantal boeken over yoga. Ik deed bij haar de opleiding Restorative (Herstellende) Yoga, een vorm van yoga die in de eerste plaats ontspanning tot doel heeft. Lasater heeft zich de laatste decennia ontwikkeld tot een groot kenner en pleitbezorger van deze yogastijl en de tekst van de sticker kwam regelmatig langs tijdens onze opleiding. Voor de niet-yogi's onder ons: Savasana is de houding waarbij je languit op de grond ligt, meestal op je rug, soms op je zij. De houding wordt gedaan aan het eind van iedere yogabeoefening, niet alleen in de Restorative Yoga, en is bedoeld als ontspanning.
Uit eigen ervaring kan ik bevestigen dat dat laatste niet bij iedereen werkt. Ik kan me de periodes nog herinneren dat ik Savasana vaak tijdverspilling vond of zelfs een irritante gewoonte waarmee de mentale rust die ik in mijn yogabeoefening had gevonden weer ongedaan werd gemaakt. Hoezo, ontspanning? Voor mij waren die paar minuten stilliggen steevast een uitnodiging om in mijn hoofd lijstjes te maken van alles dat ik nog moest doen. Stilliggen stond voor mij zeker niet gelijk aan ontspannen. Inmiddels begrijp ik waarom. Voor echte ontspanning is stil worden een noodzakelijke, maar niet voldoende voorwaarde. In mijn dagelijks leven is activiteit de standaardinstelling. Als we onszelf activeren, worden de hersengolven versneld en de spieren aangespannen. Ter ondersteuning versnellen ook de hartslag en de ademhaling. Om echt te kunnen ontspannen moeten we al die systemen zover krijgen dat ze vertragen en dat vraagt tijd en aandacht. De snelle ademhaling en aangespannen spieren zijn zo gewoon geworden dat we niet anders meer weten. Destijds was vijf of tien minuten stilliggen voor mij simpelweg niet genoeg om te kunnen ontspannen, zelfs niet als een docent mij nadrukkelijk uitnodigde de spieren los te laten en de ademhaling rustig te maken.
Maar ook ontspannen blijkt een kwestie van oefenen. Door regelmatig mijzelf de tijd te gunnen tien of soms vijftien minuten in een gemakkelijke houding te liggen, de aandacht te brengen naar mijn ademhaling en te observeren wat er langs komt aan gedachten en gevoelens kan ik tegenwoordig meestal wel de weldadige werking van Savasana ervaren.
Verander ik daarmee de wereld? Ja. Een Savasana is een soort time-out, een moment van niet-handelen. Door dit regelmatig te doen ontwikkel ik het vermogen om in een situatie te zijn zonder onmiddellijk te reageren. Vooral in moeilijke situaties van drukte, stress, verdriet of boosheid is dit een bruikbare vaardigheid. In plaats van mijn eigen frustraties of boosheid op mijn omgeving af te reageren, blijf ik rustig en observeer ik wat er bij mezelf gebeurt. Ik bewaar mijn kalmte en dat is uiteindelijk niet alleen beter voor mijn eigen gezondheid, maar ook prettiger voor de mensen om mij heen.

Vrouwen en yoga

19/3/2015

 
Yoga lijkt welhaast een exclusieve vrouwenbezigheid. Overal waar je komt, bij professionele yogatrainingen, kleinschalige yogalessen of luxe yogavakanties, overtreft het aantal vrouwelijke deelnemers de mannen ruimschoots. Honderd jaar geleden lag dat compleet anders. In India, de bakermat van de yoga, was yoga al heel lang een mannendomein. Zowel de lichaamspraktijken als de filosofische studie werden uitsluitend door mannen beoefend; vrouwen waren uitgesloten. Aan het eind van de negentiende eeuw veranderde dit langzaam. In Europa en de Verenigde Staten toonden vooral vrouwen belangstelling voor de yoga-filosofie. Zij reisden naar India, zoals Helena Blavatsky deed in 1852, of lieten zich inspireren door Indiase leermeesters als Swami Vivekananda, die in 1893 een lezingentour door de VS maakte. Toegang tot het beoefenen van yoga als lichaamspraktijk kregen vrouwen pas in de twintigste eeuw, toen Indra Devi, een van oorsprong Russische actrice, in de jaren dertig werd aangenomen als leerling bij Krishnamacharya’s yogaschool in het paleis van Mysore (Zuid-India). Diplomatenvrouw Indra Devi opende yogascholen over de hele wereld en begon in 1948 een studio in Hollywood, waar haar beroemde leerlingen yoga al snel bekend en populair maakten. Die populariteit werd nog groter toen Indra Devi in 1953 een boek over yoga publiceerde onder de titel Forever Young, Forever Healthy, waarin zij zich vooral tot vrouwen richtte.
De meeste grondleggers van hedendaagse yogastijlen waren echter mannen en hun leerlingen waren dat ook, met name jonge mannen. De moderne, op houdingen gerichte, yoga houdt geen rekening met anatomische verschillen tussen vrouwen en mannen en is daarmee vaak beter geschikt voor mannenlichamen. Verschillen in bijvoorbeeld skeletbouw, lichaamszwaartepunt, spiermassa en hormoonhuishouding kunnen een grote rol spelen bij yoga. Ze kunnen leiden tot een heel andere ervaring in een yogahouding, aanpassingen noodzakelijk maken of zelfs de oorzaak zijn van blessures.
De yogawereld is lange tijd blind geweest voor deze gender bias; het verschijnsel waarbij men als men over mensen spreekt eigenlijk altijd mannen bedoelt. Vrouwelijke yogadocenten die hier aandacht voor vroegen en hun eigen, meer op vrouwen gerichte stijl ontwikkelden werden vaak op niet mis te verstane wijze tot de orde geroepen. Wanneer zij zich niet hielden aan de strikte regels voor yogabeoefening die zij van hun docent (m/v) hadden geleerd, werden zij geroyeerd en werden hun studenten tegen hen gewaarschuwd. Gelukkig eisen steeds meer vrouwen hun ruimte op. Hun respect voor de traditie waarin zij werden opgeleid weerhoudt hen er niet van kritische vragen te stellen. Een aantal van deze bijzondere vrouwen kreeg een plek in het mooi uitgegeven boekje ‘Yogini’. De samenstelster voegde met deze bundel een stukje ‘herstory’ toe aan de geschiedenis van yoga. De aandacht gaat daarbij wel sterk uit naar Amerikaanse yogini’s. Misschien wordt het tijd om ook een Europese versie te maken?


De Amerikaanse Janice Gates publiceerde in 2006 een overzicht van hedendaagse invloedrijke vrouwen in yoga onder de titel ‘Yogini. The Power of Women in Yoga’.

Mannen en yoga

6/2/2015

 
Picture
Onder de beeldende titel ‘Yoga met ballen’ publiceerde de NRC in de zaterdagbijlage Lux van 31 januari een groot artikel over ‘Man en lotus’. Aanleiding voor het stuk is de constatering dat yoga, een praktijk die ruim ‘tweeduizend jaar lang uitsluitend door mannen werd beoefend’,  weliswaar de laatste decennia vooral door vrouwen is ‘omarmd’, maar dat nu ‘het tij is gekeerd’. Ook mannen gaan yoga doen en er zijn zelfs yogacentra die speciaal voor hen mannenlessen geven. Uit het smakelijk geschreven verhaal wordt duidelijk dat mannen niet willen ‘zweven’, maar vanuit een ‘praktische en down-to-earth’ instelling yoga beoefenen ‘als een effectieve tool, die hen ondersteunt in het dagelijks leven’.
Het NRC artikel bevat enkele vooronderstellingen over mannen, vrouwen en yoga die me irriteren. Om bij het begin te beginnen: het idee dat yoga ruim tweeduizend jaar lang uitsluitend door mannen is beoefend klopt niet. De yogaleer, als levensfilosofie en -praktijk, heeft in de loop der eeuwen oneindig veel veranderingen ondergaan. Die veranderingen betroffen ook de aanwezigheid en invloed van vrouwen. Net als in veel andere filosofische tradities waren er periodes waarin vrouwen een gerespecteerde positie hadden, als leraren en studenten, en tijden waarin zij werden geweerd. Inderdaad kende India, de bakermat van de yoga zoals wij die nu kennen, aan het begin van de twintigste eeuw geen vrouwelijke yogaleermeesters. Maar het gaat te ver om daaraan de conclusie te verbinden dat yoga in de tweeduizend jaar daarvoor een exclusief mannendomein was.
Mijn volgende irritatie betreft de vooronderstelling dat mannen die yoga willen beoefenen tot nu toe niet aan hun trekken zijn gekomen. Alsof het feit dat meer vrouwen dan mannen yoga beoefenen betekent dat yoga meer is afgestemd op vrouwen. Ook hier toont zich weer een gebrekkige kennis van zaken. De yogastijlen waaruit onze hedendaagse yoga is voortgekomen werden in de jaren twintig van de vorige eeuw juist door en voor mannen ontwikkeld. India was in die tijd een Britse kolonie en in de ogen van de Britten waren Indiase mannen slappelingen. Indiase nationalisten ontwierpen in antwoord hierop een praktijk waarmee jonge mannen hun vitaliteit en kracht konden laten zien. Die achtergrond is nog steeds duidelijk terug te vinden in alle actieve yogavormen.
Tot slot erger ik mij aan de suggestie dat vrouwen in yoga willen ‘zweven’ en mannen er een ‘effectieve tool’ in vinden. Het tegenover elkaar stellen van zweverigheid en nuchterheid in yoga is niet ongebruikelijk, maar de koppeling van zweverigheid aan vrouwen (er is in de tekst ook nog sprake van ‘gebatikte gewaden’), terwijl mannen de ‘down-to-earth’ benadering krijgen toebedeeld is natuurlijk nergens op gebaseerd. Zou het niet logischer zijn om te veronderstellen dat vrouwen in zo grote getale yoga beoefenen juist omdat het zo’n praktische en effectieve tool is in hun dagelijks leven? Om met de reclamemakers van een winkel in elektronica te spreken: we zijn toch niet gek?

De Amerikaan Mark Singleton deed onderzoek naar het ontstaan van de moderne yoga. In zijn boek, Yoga Body: The Origins of Modern Posture Practice (2010) beschrijft hij hoe de grondleggers, allemaal mannen, elementen uit Indiase en Europese krachtsporten samenbrachten.


Yoga en wetenschap

18/1/2015

 
‘Yoga zoals wij het nu kennen werd ongeveer een eeuw geleden bedacht en ontwikkeld op basis van strikt wetenschappelijke inzichten.’ Dit zegt de Amerikaanse antropoloog Joseph Alter na het bestuderen van duizenden teksten van bekende en minder bekende yogadocenten, gepubliceerd tussen 1909 en 2004. Zijn conclusie: moderne wetenschap was een belangrijke inspiratiebron voor de grondleggers van de hedendaagse yoga. Alter beschrijft hoe aan het begin van de jaren twintig van de vorige eeuw Manibhai Haribhai Desai en Jagannath Gune, beiden werkzaam in de toenmalige Bombay Presidency, een vorm van yoga ontwikkelden op basis van rationele, wetenschappelijke principes; allebei richtten zij een moderne instituut op waar zij experimenteel onderzoek lieten doen naar de effecten van yogahoudingen, reinigingstechnieken en ademhalingsoefeningen. Hun namen zijn bij het yogapubliek misschien niet zo bekend, maar Alter maakt overtuigend duidelijk dat zij inderdaad tot de ‘uitvinders’ kunnen worden gerekend. Hun yoga is, zowel in de vorm als in de ideeën erachter, de basis voor onze hedendaagse yoga.
Picture
Deze twee mannen, die elkaar stevig beconcurreerden, waren overtuigde Indiase nationalisten. In de context van de koloniale overheersing door de Britten gebruikten zij yoga om te laten zien dat India eigen kennis en tradities had die minstens even waardevol waren als die van de kolonisator. Maar tegelijkertijd probeerden zij duidelijk maken dat deze kennis uitstekend aansloot bij de moderniteit. Om deze ‘spagaat’ te kunnen uitvoeren creëerden zij een vorm van yoga die gebruik maakte van traditionele technieken, maar ontdaan was van duistere magie en esoterie. In plaats daarvan legden zij een verband met de medische wetenschappen door de werking van de technieken te laten testen met moderne meetinstrumenten. Desai, die een aantal jaar in de Verenigde Staten had gewoond en gewerkt, heropende in 1922 zijn Yoga Institute in Bombay, waar hij lesgaf en onderzoek liet doen. Gune deed hetzelfde in Kaivalyadhama, het centrum dat hij in 1921 oprichtte in de buurt van Pune. Zij ontdeden yoga van religieuze en mythische kenmerken en maakten de technieken eenvoudig en toegankelijk. Daarmee was yoga niet langer het domein van een selecte groep mystici, die hun kennis geheim hielden, maar werd het deel van een openbaar systeem van lichamelijke oefening en gezondheid. Een systeem dat geworteld was in inheemse tradities, maar tegelijk aansluiting had met een modern discours over medische kennis en de preventie van ziekte.
In de context van hun eigen benadrukking van secularisatie en demystificatie is het opmerkelijk dat beide heren zich lieten aanspreken als swami’s, een betiteling die wordt gehanteerd voor de hoogste rangen van de hindoegeestelijkheid. Desai ging zich Swami Yogananda noemen en veranderde dit later in Shri Yogendra, en Gune noemde zich Swami Kuvalyananda. Waren zij uiteindelijk ambivalent in hun omarming van de rationele wetenschappelijke benadering? Of onderkenden zij de kracht die uitging van de spanning tussen rationaliteit aan de ene kant en esoterische mystiek aan de andere? In dat laatste geval hadden zij beslist een vooruitziende blik, want deze spanning is tot op de dag van vandaag nog steeds even verleidelijk.


Het onderzoek van Joseph Alter verscheen als boek onder de titel: ‘Yoga in Modern India. The Body Between Science and Philosophy’ (2004) en in artikelen in wetenschappelijke tijdschriften als Asian Medicine.

    Yoga en wetenschap

    Al een aantal jaar breng ik in mijn eigen leven yoga en wetenschap samen. Maar zijn yoga en wetenschap eigenlijk wel te verenigen? Yoga biedt lichamelijke oefening en spirituele ontwikkeling, terwijl wetenschapsbeoefening toch vooral rationeel denkwerk is. In deze blogs kijk ik naar yoga als liefhebber, beoefenaar en socioloog.

    Categories

    Alles
    Gender
    Geschiedenis


Contact
[email protected]

Bewegen met aandacht staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, nr. 50720384


Website door SW designs.   -   Foto's van Anna Aalten
  • Home
  • Aandacht
  • Yoga
  • Dans
  • Over Anna
  • Blog